maandag 31 mei 2010

Je wordt tien jaar jonger


Marmaris – Een modderbad is goed voor je huid. Dat wordt hier in Marmaris met grote stelligheid beweerd. Niet alleen door de organisatoren die tripjes naar de modderbaden aanbieden. Iedereen in het restaurant is die mening toegedaan. Veel mensen hebben al eens modderbad gehad. Sommige komen hier al jaren en doen het elk jaar. Overigens zijn al die verhalen nauwelijks reclame voor het modderbad. De mensen die reeds een of meerdere modderbaden achter de rug hebben, zijn er niet mooier of jonger door geworden. Hier in deze streek van Turkije heb je de mogelijkheid om een modderbad te nemen en aansluitend een zwavelbad.


Turkse mannen en vrouwen zie je er niet. Ze kunnen er bij wijze van spreken op de fiets naar toe, maar nemen de moeite niet. De mensen die er wel zijn, komen vanuit West-Europa. Ze zitten enkele uren in het vliegtuig en ondernemen daarna nog een lange taxirit om de kracht van het modderbad te ontdekken. Ergens klopt er iets niet. Als het zo goed voor je was zouden de lokale vrouwen toch ook in de modder moet rollen. Maar varkens liggen ook graag in de modder en die hebben een mooi roze huidje. Misschien dat die waarneming tot aanbeveling kan strekken om een modderbad te nemen. Hoe het ook zij, Corien gaat geen enkele uitdaging uit de weg.


Zij nam afgelopen zaterdag een modderbad. Ze was daarin overigens niet alleen. Ik zag Nederlanders en Engelsen in de modder. Ik deed niet mee. Iemand moet toch de foto’s maken, nietwaar. Nadat zij met modder was bedekt, moest ze in de zon opdrogen. Zonder te praten of te lachen, wachten tot de modder hard en droog is geworden. Als je die fase hebt bereikt, spoel je het onder de douche weer allemaal van je af en zie je er weer net zo uit als toen je begon. Dan volgt het zwavelbad. Voordat je daarin mag, wordt je door een strenge jongeman in een matrozenpakje met een brandslang van de laatste modderspetters ontdaan. Ze willen geen modder in het zwavelbad.


Zwavel heeft een nogal specifieke geur. Rotte eieren komen nog het dichts in de buurt. Maar het is voor een goed doel (je wordt er tien jaar jonger door) en een kniesoor die er daar op let. Na het zwavelbad mag je weer onder de douche. In het restaurant komen we een mevrouw tegen met een rollator. Met moeite neemt ze plaats in een stoel bij het raam. Ze knikt naar Corien en zegt: “Bij mij was de zwavellucht na twee dagen wel uit mijn poriën verdwenen”. Het is bedoeld als geruststelling, maar de rollator toont aan dat de belofte uit de folder dat je tien jaar jonger wordt door de baden kennelijk niet altijd werkt.

zondag 30 mei 2010

De romantische weg


Marmaris – Er loopt een mooie autoweg van Marmaris naar Mugli. Over twee rijbanen en vier rijstroken razen de auto’s onbelemmerd naar hun bestemming. De bussen en auto’s kunnen de grote vrachtauto makkelijk inhalen tijdens hun klim. Mugli ligt immers in de bergen. Die nieuwe autoweg is aangelegd toen het autoverkeer door het toerisme in de streek toenam. De Turkse regering doet er veel aan om het toerisme te bevorderen. De oude weg is er nog wel. Aan weerszijde staan statige Eucalyptus bomen. De bomen zijn hier ruim tachtig jaar geleden geplant omdat het gebied een beetje moerassig is. Eucalyptus bomen gebruiken dagelijks veel water en maken de omgeving op die manier stabieler. De stoeren bleke bomen zijn nu dus tachtig jaar oud. De weg wordt alleen nog lokaal gebruikt. Hakan noemt het ‘de romantische weg’. Dat begrijp je als je er wandelt. In de bleke bast van de bomen hebben geliefden hun naam gekrast met daarbij een hart. Jaren later getuigt de inscriptie nog van de liefde van twee jonge mensen.


Als je twee blaadjes van de boom tegen elkaar wrijft komt de specifieke eucalyptusgeur vrij. Bruidparen komen hier naar toe om de traditionele bruidfoto’s te laten maken. Op de smalle weg kunnen auto’s elkaar nauwelijks inhalen, maar voor twee verliefde mensen is het breed genoeg. De bomen zorgen dus nog steeds voor stabiliteit.

zaterdag 29 mei 2010

“Het zijn bloedzuigers”


Marmaris - Donderdag bezochten we samen Mugli (spreek uit moela), de hoofdstad van de provincie waar we nu tijdelijk verblijven. Het ligt ongeveer 60 kilometer landinwaarts. We hadden gehoord dat daar elke donderdag weekmarkt is. Dan zijn wij al niet meer te houden. Toen onze reisgenoten ’s morgens hun plekje op het strand weer opzochten, waren wij al lang onderweg. Het bleek een verstandige keus. De markt in Mugli is niet bestemd voor toeristen. Het is de weekmarkt voor de inwoners van de stad en streek. We liepen tussen vrouwen met hoofddoeken en mannen met donkere petten tussen de waren door. De kooplui spreken hier geen Engels, maar zijn wel erg vriendelijk. Niet een had er bezwaar tegen om op de foto te gaan.


Er is een groot gedeelte met groenten en fruit. Ze verkopen er ook veel verse kruiden. Er zijn kruiden die we niet herkenden. Het leken wel boombladeren. Alles is waarschijnlijk door de kooplui zelf geteeld. Ze verkopen ook melk en olijfolie. Die zit in Coca Cola- en Fantaflessen. De plastic vijf liter containers waar je in Turkije water koopt, worden hier weer te koop aangeboden met olijfolie. Ik had graag wat van die olijfolie gekocht, maar dat behoort op een vliegreis helaas niet tot de mogelijkheden.

Er zijn natuurlijk ook tientallen kramen met textiel, maar hier hangt het niet vol met voetbaltruitjes van Engelse clubs. Ook worden ook veel huishoudelijke artikelen verkocht.


In een straat achter de markt zag ik een middelbare man op de rand van het trottoir zitten. Voor hem stonden een tiental waterflesjes. In elke flesje zwom een visjes. Bij nadere beschouwing bleken het echter geen visjes, maar bloedzuigers te zijn. “Het zijn bloedzuigers”, bevestigde de koopman. Tenminste dat zou ik hebben verstaan als ik Turks sprak. Die kopen de mensen hier voor medicinale redenen hoorde ik later van Hakan, een hier wonende Nederlands sprekende Turk. In dit gedeelte van de stad is er overal wel een trottoir, maar de rijbanen zijn lang niet allemaal geplaveid. Dat maakt de stad extra stoffig. In een mum van tijd zijn je schoenen bedekt met een laagje zand. Ik begrijp dan ook goed dat je je schoenen uit moet doen als je bij mensen binnen gaat. Ze zitten, eten en bidden op de grond. Die moet dan wel schoon blijven.

vrijdag 28 mei 2010

Het paradijs moet je delen


Marmaris – Een van de grootste jachthavens van Turkije vind je in Marmaris. Ik vertelde het al eerder. Maar behalve jachten vind je in de haven ook veel boten waarmee toeristen een dagtochtje over de Egeïsche zee kunnen maken. Corien & ik deden het woensdag. Vanaf het moment dat je ’s morgens aan boord stapt tot dat je aan het eind van de middag weer vanaf stapt, kun je maar één ding doen. En dat is niets. Meer wordt er niet van je verwacht, meer kun je ook niet doen. Je geniet van de zon en van het uitzicht. Je geniet van een drankje en een hapje en je doet vooral niets. Zo nu en dan ligt de boot een half uurtje stil. Dan mag je in actie komen om te zwemmen.


We varen daarna verder langs groene bergachtige kusten. We zien naaldbossen, stranden en schepen en we doen niets. Ik heb nooit geweten dat niets doen zo leuk kan zijn. Er dobberen jachten voor een van de vele natuurlijke inhammen. In een van deze inhammen zien we een grot. De kapitein legt ons uit dat als je hier een muntje in het water gooit en een wens doet deze zeker uit zal komen. Waar heb ik dat meer gehoord. Ik zie toch een aantal mensen een muntje met een grote boog in de richting van de grot gooien. Ze zullen zeker geen zonneschijn wensen. Dat is er voldoende.


Corien zwemt naar het strand

De boot gaat onderweg in een baai voor anker. Kort daarna worden we geroepen: “Luncheon is served”. We eten en kijken naar de vissen in het azuurblauwe water. Als Corien een klein stukje brood in het water gooit duikt er een hele school te gelijk op. Het duurt niet lang of de vissen worden zowel aan bakboord als aan stuurboord royaal gevoerd. De baai waar we liggen heet “Paradise Bay” en dat is het voor de vissen zeker. Vandaag delen wij het paradijs met hen.

donderdag 27 mei 2010

De charme van het kasteel


Marmaris – Het is nog niet zo druk in Marmaris. Althans dat vinden ze hier zelf. Er wonen ongeveer 31.000 mensen in de Turkse badplaats. In de zomermaanden vertienvoudigt dat aantal zegt onze gids. Ik begrijp dat niet zo heel goed. Deze week was elke dag 27 á 28 graden. In de zomermaanden zit je ruim boven de dertig. Soms zelfs boven de veertig graden. Dat zijn dan juist de maanden dat het zo druk is. Maar goed niet iedereen kan kiezen. Volgens de mensen die hier vaker komen is dat ook wel de charme van het stadje.


De bedrijvige sfeer rond cafés, restaurants, discotheken en winkels bepalen voor veel mensen juist de charme van dit plaatsje. En natuurlijk de jachthaven, de grootste van Turkije. Vroeger en dan bedoel ik de jaren tachtig, voordat het massatoerisme op gang kwam, was Marmaris de verzamelplaats van de Turkse jetset. Als een beroemde Turkse zanger of filmster wilde tegenkomen, moest je hier naar toe. Het was het ‘Turkse Cannes’. Nu is het het ‘Turkse Zandvoort”, maar dan veel warmer.


Op reis gaan wij ook altijd op zoek naar wat historie van onze tijdelijke verblijfplaats. Daarom gingen we dinsdag op zoek naar een historisch gebouw. Die zijn er namelijk ook. Achter de haven zijn de resten van een slot, het kasteel van Marmaris, nu een museum. Je hebt er vanaf de kasteelmuur een prachtig uitzicht over de haven en het stadje. In de ruimten van het kasteel worden resten getoond van vroegere beschavingen.


Ze laten beeldjes of fragmenten daarvan zien uit. Ooit lag het op de handelsroute naar Egypte, daarna volgde de Hellenistische periode en daarna natuurlijk een rijtje Ottomaans. Het is maar een kleine collectie en daardoor zie je een leuk overzicht van de geschiedenis van het kasteel en het stadje. Tot slot van ons bezoek maakten we heerlijke wandeling door de prachtige binnentuin van het kasteel. Dat bepaalde voor ons toch wel de charme van dit kasteel.

woensdag 26 mei 2010

Lachen op de markt


Marmaris – Regelmatige lezers van ODD weten het. Op reis zullen wij niet gauw een markt overslaan. Je weet nooit wie je er tegenkomt. In Marmaris is er op donderdag een markt in het centrum van de stad en op dinsdag in een straat niet ver van ons hotel. De markt bestaat niet alleen uit een groot aantal kramen van waaruit de kooplui waren verkopen aan de inwoners van de stad. Kramen met groenten en fruit en andere noodzakelijke dingen. Maar er zijn ook een groot aantal kramen met waren die uitsluitend zijn bedoeld voor de toeristen. Veel jurkjes en shirtjes. Vooral veel voetbaltruitjes.


De verkopers hier spreken ook allemaal Engels en een paar zinnen Nederlands. Bij een kraam met voetbalshirts vroeg de verkoper toen hij zag dat ik Corien wees op het Manchester United shirt van Van der Sar van welk team ik supporter was. Ik wees op de truitjes in zijn kraam en zei: “Geen van deze clubs”. Hij vroeg weer: “Welk team?” Hoewel ik niet van plan was een shirt te kopen zei ik: “PSV”. Hij werd er nog vrolijker van. Ook van PSV had hij een shirt. Hij wees er trots op. Ik feliciteerde hem met zijn verstandige inkoopbeleid, maar liet het shirtje toch maar hangen. Even verder zag ik op een bord uitgelegd waarom de spulletjes op de markt zo goedkoop zijn. Het was allemaal “van de vrachtwagen gevallen”.


Toen ik er een foto van maakte ging de eigenaar van de kraam er trots naast staan. Toen de foto klaar was, vroeg hij vijf Turkse lires. “Voor de foto”, vertelde hij. Corien & ik schoten spontaan in de lach. “Je waren mogen dan van een vrachtwagen zijn gevallen, ik ben niet op mijn achterhoofd gevallen”, legde ik hem uit. Hij kon er samen met ons hartelijk om lachen.

dinsdag 25 mei 2010

Volgepropt


Marmaris – De weg van Marmaris naar Içmeler loopt langs het strand. Als wij aan onze wandeling beginnen rond half twaalf is het 27 graden. Een fris zeebriesje maakt het heel aangenaam. Het toeristische leven heeft zich volop langs deze weg geconcentreerd. Veel hotels, zwembaden en stranden vol met strandstoelen. Vrouwen en mannen in allerlei stadia van blootheid zorgen op het strand langs de boulevard voor de nodige kleurige accenten. Sommige badgasten hebben een prachtige diepe rode kleur gekregen. Ook de natuur zorgt voor een uitbundige decoratie. We zien olijfbomen, vijgenbomen, druivenranken, maar ook perzik- en citrusbomen.


We passeren ook een soort zwembad in zee waar je volgens de borden bij de ingang kennelijk het water kunt delen met dolfijnen. Als wij passeren zwemt er niemand. Ook geen dolfijnen. Op eenvoudige houten pieren zitten hier en daar wel vissers. Maar die zullen het wel niet op de dolfijnen voorzien hebben, hoop ik. Içmeler is beduidend kleiner dan Marmaris. Aan de reclameborden bij de restaurants te zien, vertoeven hier veel Britse vakantiegangers. Bijna elk restaurant biedt een origineel Engels ontbijt aan.


Wij gaan na de lunch de zeven kilometer terug met de dolmus. Dat is een kruising tussen een publieke taxi en een particulier busje. De busjes rijden een vast traject en stoppen als je je hand opsteekt. Als je er weer uit wilt, vraag je de chauffeur te stoppen. Een ideaal vervoersmiddel.

maandag 24 mei 2010

Echte nep


Marmaris – Niet alleen voorheen in Nederlands, maar ook hier in Turkije zelf krijgen wij ongevraagd allerlei waarschuwingen te horen. Vooral gepast betalen, want ze hebben in de winkeltjes zogenaamd nooit geld terug. Tel je geld goed na want ze hebben allemaal een cursus gevolgd bij Hans Kazan. Het is allemaal heel goed bedoeld, maar als je niet oppast zie je iedereen voor een oplichter aan. Dat kan toch ook niet waar zijn. Onze ervaringen tot nu toe zijn namelijk heel anders. Zondagavond kochten we in het kleine winkeltje vlak bij ons hotel een fles met 5 liter water. Wij waren immers gewaarschuwd om geen water uit de kraan te drinken. Ik zag zelfs op een terras de mensen aan het tafeltje naast ons de ijsklontjes uit hun cola vissen. Maar dat terzijde. Terug naar het winkeltje.


Ik vroeg de man achter de toonbank van het winkeltje hoeveel de fles water kostte. “Tweeënhalf” , antwoordde hij. Ik legde de euro’s voor hem neer. “O nee”, zei hij geschrokken. “Dat is in Turkse Lires. In euro’s is het 1,25”, vertelde hij snel. Ik paste mijn bedrag daarop aan. Hij was de eerste die de waarschuwingen niet waar maakte. Hij had ook gewoon het geld op kunnen strijken. Op een winkeltje in een straat achter ons hotel zagen we dat de winkelier op de etalageruit al aangaf dat de zonnebrillen en horloges allemaal nep zijn. Ze zijn 'genuine fake’ staat er. Daarover wil hij bij voorbaat kennelijk geen discussie. Daar houdt hij helemaal niet van want boven de deur staat nog eens ‘no hassle’.

zondag 23 mei 2010

Eerst eten dan babbelen


Marmaris - Op het strand voor de deur van ons hotel ontmoeten de Egeïsche- en de Middellandse Zee elkaar. Het stukje van de Middellandse zee tussen de buurlanden Turkije en Griekenland heet Egeïsche Zee. Daarom vroeg ik de ober aan ons tafeltje bij het strand de voor de hand liggende vraag: “Waar is het begin en het einde van de Middellandse en de Egeïsche zee?”. Zijn antwoord volgde onmiddellijk en was erg duidelijk: “In Marmaris”.


Hij wilde meteen enthousiast verder vertellen over de belangrijke rol van het schiereiland en over de talloze baaien, kusten en kleine eilandjes verspreid over het hele schiereiland, maar ik wees naar onze borden waarop bij Corien lamskoteletjes en bij mij gestoofde vis wachten op consumptie. Het begreep het en glimlachte. Eerst maar eten en dan babbelen.

Feest bij de bloementante


Veldhoven – Een verjaardagsfeest organiseren voor je kinderen doe je niet zomaar. Dat vergt de nodige voorbereiding. Het makkelijkste gedeelte is nog het feest dat bestemd is voor familie en vrienden. Je verzamelt de jonge en oudere visite rond een feestelijke taart met kaarsjes. Voor de kinderen zorg je voor allerlei drinken in pakjes en glazen en de volwassenen laat genieten van een heerlijk glas wijn in de favoriete kleur en smaak. Voeg daarbij nog allerlei hapjes en wat nootjes en klaar is Kees. Voordat er nu een moeder enigszins boos de telefoon pakt, haast ik mij te zeggen dat ik weet dat het een tamelijk simpele manier is om de organisatie van een kinderverjaardag te omschrijven. Mijn excuus daarvoor, maar ik kom er op omdat het organiseren van een kinderverjaardag voor de vriendjes en/of vriendinnetjes vele male meer vergt van de ouders. De vriendjes van je kind thuis uitnodigen en bezig houden met koekhappen en ezeltje prik is geen optie meer. De ouders van het feestvarken moeten minimaal naar het zwembad, de bioscoop of het theater. Er zijn zelfs ouders die hele puzzeltochten en speurtochten organiseren. Maar dat doen inmiddels alle ouders.


Dus moet er steeds iets nieuws bedacht worden. Een verjaardag vieren in een hamburgerrestaurant is ook al geen nieuwigheid meer. Bij de laatste verjaardag van mijn oudste kleindochter Nienke zag ik dat haar moeder iets nieuws had bedacht. Nienke vierde haar tiende verjaardag met vriendinnen bij bloementante Marieke. Onder de professionele begeleiding van Marieke hebben de meiden zelf een bloemstukje gemaakt. Een excellent idee. Ik hoorde er later louter enthousiaste verhalen over. Op de Flickr-site van Saskia zie je tot welke leuke resultaten de meisjes kwamen. Dus als je binnenkort een verjaardag te vieren hebt, kun je altijd terecht bij Marieke. O ja en ze hoeft niet per se je tante te zijn. Je kunt gewoon boeken.

zaterdag 22 mei 2010

Fundering Waterslootse Poort blootgelegd


Delft – Door het slopen van de trambaan in het midden van de Phoenixstraat wordt een stukje van de rijke Delftse historie onthuld. De fundering van de Waterslootse Poort wordt namelijk zichtbaar. Dit was indertijd de grootste en zwaarste stadspoort van Delft. De poort is gesloopt in 1847. Tot nu toe waren er niet veel technische gegevens over deze poort bij de stadsarcheologen bekend. Nu krijgt men de kans om zaken zoals metselverband, steenformaat en aanlegdiepte te meten. Er is wel het een en ander bekend over het uiterlijk van de poort in de 16de eeuw. De poort kreeg haar definitief uiterlijk omstreeks 1593. Omdat de poort onderdeel was van de verdedigingswerken van Delft was het gebouw al een aantal malen gewijzigd. In 1573 werd begonnen met de laatste modernisering van de poort ten behoeve van de verdediging van de stad. Dat had alles te maken met de komst van Willem van Oranje naar de stad Delft, waar hij achter de Delftse verdedigingswerken bescherming zocht tegen de Spanjaarden. Om die verdediging te versterken werden onder meer de stadspoorten van Delft gemoderniseerd volgens de laatste militaire inzichten.


Op verzoek van de prins werd de stadsgracht flink verbreed en werd midden in die verbreding een bolwerk aangelegd. Na die wijziging konden aanvallers van de stad het stadskanaal niet eenvoudig meer overbruggen. Bovendien werd aan beide zijden van de brug een hoge muur opgetrokken met daarin schietgaten. Vanaf het bolwerk kon je de andere zijde van het kanaal alleen via een ophaalbrug bereiken. Op het Stadsgezicht dat Hendrick Cornelisz Vroom (1566-1640) in 1615 van Delft schilderde, staat de Waterslootse Poort centraal in de verdedigingsmuur. Links ervan herken je de Oude Kerk en direct rechts van de poort zie je de toren van het stadhuis. Rechts daarvan zie je de Nieuwe Kerk.

vrijdag 21 mei 2010

Mosrug is weer gevangen


Delft – Terwijl Corien & ik gisteren in de tuin in het zonnetje van onze lunch genoten, zagen we aan de overkant van het water een jongeman staan. Hij stond roerloos, een beetje verdekt opgesteld, tussen de witte bloemen en keek onafgebroken naar het water. Wij vroegen ons af wat hij daar stond te doen. We dachten eerst dat hij naar de tuinen aan de overkant stond te staren, maar dat was niet zo. Hij keek zonder zijn blik ook maar een moment af te wenden naar het water. Hij stond zeker al een half uur doodstil naar het wateroppervlak te staren toen hij plotseling tot leven kwam. Het leek alsof hij op zijn tenen liep toen hij zich vliegensvlug naar de waterkant spoedde.


Daar lag, zagen we nu, een hengel. Hij pakte de hengel op en aan de strakke lijn en de omgebogen punt zagen we dat hij beet had. En hoe. Behoedzaam manoeuvreerde hij met de hengel de vis naar de kant. Met behulp van een groot net schepte hij de joekel op de oever. Het was een reusachtige vis. We zien die dieren altijd door de wetering zwemmen, maar hadden er nog nooit een op de kant gezien. De visser woog het beest. De schaal van zijn weegtoestel gaf 12,8 kg aan.


Het was een kanjer en nog zwaarder dan ik had verwacht. Ik spoedde mij op verzoek van de visser naar de overkant van het water. Daar maakte ik met zijn (en mijn) toestel een paar foto’s van hem en het beest. “We noemen hem Mosrug”, vertelde hij me. Vissers proberen hem jaar op jaar te vangen. Soms wint de visser en soms wint de vis. Dit is de derde keer dat ik hem op de kant heb gehaald. “Deze vis zwemt hier al heel lang. Hij is ouder dan ik en ik ben 31 jaar”, vertelde de man opgetogen. Nadat de foto’s waren genomen, liet hij Mosrug weer vrij. ”Daar ga je”, sprak hij de vis liefdevol toe, “volgend jaar kom ik terug en vang ik je weer. Tot dan”.

donderdag 20 mei 2010

Maak het waar


Delft - “Het is op zich goed dat er helderheid komt over welke soorten claims wel en niet houdbaar zijn”, lees ik woensdagmorgen in mijn ochtendkrant. Het citaat is afkomstig van Philip den Ouden, directeur van de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI), en in die functie een belangrijke lobbyist voor de levensmiddelenindustrie. Hij maakt zich zorgen. Niet over jouw en mijn gezondheid die levensmiddelen claimen te beschermen, maar over het feit dat de Europese voedselautoriteit van de ruim vierhonderd gezondheidsclaims er slechts negen (ja je leest het goed, er staat 9) hebben toegekend. Den Ouden vindt het idee dat een claim waar moet zijn “op zich goed”. Dat is mooi, maar niet genoeg. Ik begrijp al heel lang niets meer van de beschrijving die producenten van hun levensmiddelen op het etiket of in advertenties geven. Het lijkt wel of ze medicijnen aanprijzen. Ik vermoedde al wel dat een flesje ‘superfruit’ mijn lichaam niet beschermde tegen veroudering, maar nu blijkt de Europese voedselautoriteit dat te bevestigen. Ze hebben het wetenschappelijk onderzocht. Maar juist daarover is baasje Philip niet te spreken. “Het is een modderig proces geworden. Voor veel bedrijven is niet duidelijk hoe hoog de lat licht”, moppert hij verder in de krant. Toch is het niet zo moeilijk. Ik wil de directeur van de FNLI wel uitleggen hoe hoog de lat moet liggen. Wij consumenten willen geen vage claims over verbetering van de weerstand, de stoelgang of herstel van allerlei lichamelijke ongemakken. Wij willen niet misleid worden met halve waarheden. Wij willen de hele waarheid. Wij willen dat de informatie die op etiketten en in advertenties staat waar gemaakt wordt. Dat is toch niet zo moeilijk Philip.

woensdag 19 mei 2010

Heel vrolijk


Delft – Samen met Dieuwertje en Emma heb ik tijdens hun logeerpartijtje ook een middagje geschilderd. Dat doen ze graag weet ik. Niet alleen hier maar ook thuis zijn ze graag in de weer met kleuren en papier.


Dat bleek vanmiddag opnieuw toen de post arriveerde. Hij leverde een enveloppe af met twee fleurige tekeningen. Zo wel de voor als achterkant was door de dames versierd en ingekleurd. Heel vrolijk.

3D foto’s maken indruk


Den Haag – Ik heb iets met 3D-fotografie. In de tijd van de natte fotografie maakte ik ze ook zelf graag. Onlangs is een unieke collectie foto’s van de Haagse fotograaf Wim Berssenbrugge (1917 – 2007) teruggevonden. Het gaat om zeven dozen met 229 stereo kleurendia’s. Het Haagse Historisch Museum toont ze nu. Hiernaast zie je er een in 2D. Op de tentoonstelling zie je ze in 3D. Corien & ik gingen er heen om ze te zien. De tentoonstelling begint met foto’s van het dagelijks leven midden in oorlogstijd. Maar Berssenbrugge maakte ook foto’s ten behoeve van het verzet. Op microfilm gingen die foto’s naar de geallieerden in Londen. Daar zorgden koeriersters voor. Het ging vaak om informatie over de Haagse lanceerlocaties van de V2-raketten. Met een groot bombardement probeerden de Engelsen deze locaties uit te schakelen. Tijdens die bombardementen is per ongeluk een groot deel van de wijk Bezuidenhout getroffen. Daarbij verloren meer dan 500 mensen hun leven.


Door de foto’s van Berssenbrugge krijgt het drama van de Tweede Wereldoorlog in Den Haag nu een gezicht. Bij de entree krijg je een stereobril waarmee je de in boxen geprojecteerde dia’s kunt bekijken. De laatste V2-raket in ons land is voor de tentoonstelling van het Legermuseum in Delft overgebracht naar het Haags Historisch Museum. Maar voor mij zijn het toch vooral de 3D foto’s die de meeste impact hebben.
De foto’s van Wim Berssenbrugge zijn nog tot 26 september te zien op de tentoonstelling “Oorlog en Bevrijding in 3-D”.

dinsdag 18 mei 2010

There will be stars


Delft – “Het leven is kort, zinloos en zelden aangenaam. Koesterden vorige generaties nog het twijfelachtig vooruitzicht van een eeuwig leven na de dood, sinds de secularisatie heeft toegeslagen is ook die troost ons afgenomen. De meesten van ons zullen, zodra er niemand meer is die ons gekend heeft, in vergetelheid geraken. We hadden er net zo goed niet kunnen zijn. Als je naam nooit meer uitgesproken wordt, ben je definitief verdwenen.” Met deze regels begint Piet Gerbrandy zijn artikel in de Volkskrant over de vertaling van Patrick Lateur van de Ilias, het epos van de dichter Homeros. “Het lijkt wel of met het stijgen der jaren dit soort teksten het eerste opvallen”, zeg ik tegen Corien tegenover me aan tafel. Ik lees het op deze zondagmorgen in het ochtendzonnetje hardop voor. Ondanks de vriendelijke zon een somber begin van de dag.


Corien kijkt op uit haar krant en zegt: “There will be stars over the place forever, though the house we loved and the street we loved are lost”. Het is het enige goede antwoord op het zwaarmoedige begin van de zondag. Corien ziet mijn wenkbrauwen ophoog gaan. “Van wie is dat citaat”, vraag ik haar. “Het zijn de eerste twee regels van een gedicht van de Amerikaanse dichteres Sara Teasdale. Ik heb het ooit overgeschreven en gebruik het als boekenlegger. Die eerste twee regels lees ik elke avond”, legt ze uit. Ze loopt naar boven en komt terug met de boekenlegger met daarop dit gedicht.

There Will Be Stars
There will be stars over the place forever;
Though the house we loved and the street we loved are lost,
Every time the earth circles her orbit
On the night the autumn equinox is crossed,
Two stars we knew, poised on the peak of midnight
Will reach their zenith; stillness will be deep;
There will be stars over the place forever,
There will be stars forever; while we sleep.

maandag 17 mei 2010

Portret van de artiest als jongeman


Den Haag – Onze stadgenoot Johannes Vermeer maakte 36 wereldberoemde en erg geliefde schilderijen. Waarschijnlijk maakte hij er meer, maar die zijn of verloren gegaan of nog niet ontdekt. Ze hangen voor een deel in musea verspreid over de hele wereld. Als we er in de buurt zijn gaan we de schoonheid van Vermeer altijd even proeven. Van Vermeer krijg je immers nooit genoeg. In de National Gallery of Scotland in Edinburgh zag ik Christus in het huis van Martha en Maria en in Dresden zagen we De koppelaarster in de Gemäldegalerie Alte Meister. Deze twee schilderijen zijn nu tot 22 augustus verenigd met Diana en haar nimfen uit de vaste collectie van het Mauritshuis in Den Haag. Samen vormen de drie schilderijen de tentoonstelling ‘De jonge Vermeer’. Zaterdag jl. bezochten we kleine tentoonstelling in het Mauritshuis. Meer dan deze drie schilderijen van de beginnende schilder Vermeer zijn er niet bekend.


Ik vind de term beginnende schilder beter dan jonge schilder. Er is immers geen oude Vermeer. De Delftenaar overleed op 43-jarige leeftijd. In het zaaltje naast de vroege werken hangen zijn latere meesterwerken Het meisje met de parel en Gezicht op Delft. Ze behoren tot de vaste collectie van het museum. De jonge vermeer is nog een heel andere kunstenaar. Mijn beeld van de Gouden Eeuw is voor een belangrijk deel door hem bepaald. Een eenvoudige kamer, een gordijn, het licht dat van links binnenvalt, een vrouw. Zij leest een brief, speelt klavecimbel of schenkt melk. Zo stel ik mij de 17de eeuw voor. In zijn eerste jaren als schilder in het Sint Lucasgilde van Delft maakte Vermeer echter ambitieuze historische taferelen op groot formaat. Het zijn Bijbelse en mythologische voorstellingen zoals we die ook van zijn tijdgenoten kennen. De schilderijen tonen al wel de heerlijke kleuren, het licht en de kenmerkende rustige sfeer. Het perspectief is soms nog wat onhandig en anatomische details zijn soms niet helemaal correct. Ik stond lang voor De koppelaarster. Helemaal links hierop staat een man. Volgens kunsthistorici is dat Vermeer. Het is het enige bekende zelfportret van de kunstenaar.

zondag 16 mei 2010

Kom eens langs in De Mortel


De Mortel – Ook dit jaar wordt weer de Mortelse Creatieve Fietsroute georganiseerd. Dit gebeurt om de twee jaar. Ik doe ook weer mee. Het is een fietsroute, maar fietsen is natuurlijk niet verplicht. Je mag het ook per auto doen. Het zijn allemaal amateurs die meedoen, maar ik vind hun werk vaak wel erg professioneel. Je ziet zaken zoals brandschilderen, kantklossen, glas fusing, kaarten en schilderen. Er zijn ook mooie tuinen en beelden te bewonderen. Het evenement wordt gehouden op zondag 6 juni. De start is bij De Wilg in de St. Antoniusstraat. Daar reikt men ook de route uit. Het evenement duurt van 11:00 tot 17:00 uur. Ik nodig graag alle ODD-lezers uit om eens langs te komen.

Een bijdrage van Marie-Louise

Het stelt toch gerust


Den Haag - Tijdens zijn verkiezingstournee vraagt Geert Wilders zich meestal openbaar af wat Henk & Ingrid van iets vinden. Die bezorgdheid is mooi. Henk was eerst met Anja, maar die is er vandoor gegaan en Henk is nu met Ingrid. Zo gaan die dingen. Ook in het CDA hebben ze een dergelijk bekend koppel: Jack & Melissa. Toch zal Jan-Peter Balkenende tijdens zijn toespraken in het land zich niet in het openbaar over hun welzijn bekommeren. Jack is een geval van rode oortjes. Dat komt in de verkiezingstijd slecht uit. Toch is hij niet de enige politicus met een avontuurlijke romantische aanleg. Hij heeft alleen een vrouw die hem zonder pardon aan de straat zet. Dat valt te veel op in Den Haag. In de eenmalige uitgave van het ‘dirt digging magazine’ Binnenhof besteden de redacteuren van het blad ruim aandacht aan ‘geheime relaties’ en ‘seks op het binnenhof’. Je leest er alles over Arnoud & Lorette het koppel van de VVD en de PvdA-coryfeeën Eveline & Thijs, Elske & Thijs en Jeltje & Thijs en nog iets langer geleden waren er volgens het blad in het CDA Ruud & Carla, Ruud & Maria en Ruud & Sylvia. Geen van hen ondervond enige hinder van hun vermeende affaires. Maar ja zij vermeden dan ook de verkiezingstijd. In de maanden voorafgaande aan een gang naar de stembus gelden andere normen en waarden. Jack & Melissa hebben het slecht getimed. De journalisten van Binnenhof hebben hun uiterste best gedaan om schandalen te onthullen. Ze deinsden er niet voor terug om de vuilnisbakken van de politici door te spitten op zoek naar foute declaraties en vreemde bonnetjes. Ook de minister-president werd onderzocht. Van hem konden ze niets anders vinden dan een voorliefde voor haring. Ze vonden zelfs een foto waarop hij een glas bier drinkt. Zo ziet je maar, de een heeft jeuk en de ander heeft dorst, maar onze politici is niets menselijks vreemd. Op de een of andere manier stelt dat toch gerust.

zaterdag 15 mei 2010

Delft sloopt nog even door


Delft – Een paar keer per week steekt Corien de Phoenixstraat over op weg naar haar werk. De straat is ondanks al het breek- en graafwerk nog steeds toegankelijk voor voetgangers. Hoewel mijn keus voor het woord toegankelijk wellicht een verkeerde indruk achterlaat bij de lezer. Je kunt beter zeggen dat de voetganger nog steeds getolereerd wordt. Eigenlijk loop je op de Phoenixstraat alleen maar de wegwerkers in de weg en moet je oppassen dat je geen grijparm van een van de graafmachines in je nek krijgt. De dapperen steken nog steeds de straat over in de richting van de oude binnenstad.


Vorige maand werd het werk stil gelegd omdat er scheuren ontstonden in woningen aan de Dirklangedwarsstraat. Nu worden de trillingen nauwkeurige gemeten en is men weer volop aan het werk. Deze week werd de trambaan gesloopt. Volgende week wachten weer nieuwe sloopwerkzaamheden. Straks wordt er weer gebouwd.

vrijdag 14 mei 2010

Golden Tenloop is topspektakel


Delft – Het was op gisteren op Hemelvaartsdag niet erg warm. Het was bijna de hele dag droog, maar de temperatuur kwam niet boven de 12 graden. Samengevat dus een frisse dag. Dat kwam goed uit want het jaarlijks terugkerend sportevenement Golden Tenloop vond weer plaats. Het was perfect weer om tien kilometer hard te lopen door Delft. Het evenement is populair bij hardlopers uit heel ons land. Ik sprak lopers uit Limburg en Groningen. Het topspektakel mag zich verheugen in een nog immer groeiende populariteit. Ik schat dat voor deze 23ste editie van de loop ongeveer 3000 vrouwen en mannen aan de start verschenen op de Burgwal.


Het is een feest om heerlijk sportief bezig te zijn tegen de achtergrond van onze historische stad. Langs de route is ook van alles te doen. In een gemoedelijke en gezellige sfeer kan er van alles worden gegeten en gedronken. Op tal van plekken langs de route en elders in de Prinsenstad is muziek. De loop wordt zoals elk jaar weer voortreffelijk georganiseerd door atletiekvereniging ‘De Koplopers’. Ook dit jaar ging een deel van het inschrijfgeld naar een goed doel. Dit jaar was dat het Hospice Delft, waar oudere bewoners in een huiselijke omgeving en omringt door excellente zorg hun laatste levensfase kunnen doorbrengen.


Die laatste levensfase is voor iedereen heel verschillend. Ik zag gisteren toch ook weer enkele mensen langs rennen die ondanks hun leeftijd nog steeds actief kunnen zijn op een sportieve manier. Ik zag deelnemers die de grens van zeventig jaar al ruim waren gepasseerd. Dat is ook het opmerkelijke van deze loop. Het is een evenement voor jong en oud. Er is een jeugdloop over 1 km. Er wordt gelopen over 2 ½, 5 en 10 kilometer. Je kunt meedoen als recreant, of namens een bedrijf, maar je kunt natuurlijk ook aan de wedstrijd deelnemen. Voor ons kijkers is het heel om bekenden, maar ook onbekende aan te moedigen.

donderdag 13 mei 2010

Corien scoort kaarsen


Corien scoort kaarsen.Delft – Op het Agathaplein in Delft staan vijf rode paardenkastanjes. Dergelijke kastanjebomen vindt je niet zo vaak in ons land. In Nederland staan voornamelijk witte paardenkastanjes. De gemeente Delft is dan ook terecht zuinig op deze monumentale bomen, die momenteel in bloei staan.
Een gespecialiseerd bedrijf heeft onlangs in opdracht van de gemeente weer het jaarlijkse onderzoek gedaan naar de toestand van de bomen. Daaruit bleek dat vier van de vijf bomen zeer zware takken hebben ontwikkeld. Die takken kunnen als gevolg van hun eigen gewicht uitzakken en spontaan afbreken. Bij de vijfde boom constateerden de boomdeskundigen dat er sprake is van kroonsterfte. Hierdoor breken takken af en zit er dood hout in de kroon. Je voelt het al aankomen, er moet gesnoeid worden. Deze week zijn de hoveniers daarmee begonnen. Door het snoeien moeten de bomen weer veilig worden zodat we er weer onder kunnen wandelen zonder het gevaar dat er een dikke tak op je pet valt. Maar dat is niet het enige. Het snoeien verlengt bovendien de levensduur van de bomen. Dat vind ik gezien de bijzondere plaats en leeftijd ook zeer de moeite waard. Ondanks de werkzaamheden blijft het plein gewoon open voor het publiek en zijn de musea aan het Agathaplein gewoon bereikbaar.

Corien in gesprek met een van de hoveniers.

Corien maakte van de unieke gelegenheid gebruik om een bos kaarsen te scoren. De bloempluimen die aan de buitenkant van de boomkruin zitten worden namelijk zo genoemd.

woensdag 12 mei 2010

Op zijn Grieks


De nieuwe premier van Engeland, David Cameron.Witney – Nella & Martien verblijven momenteel in het land waar vandaag een grote verschuiving in het politieke landschap zichtbaar is geworden. Dankzij hulp van Nick Clegg mocht David Cameron, de voorman van de Conservatieve Partij, de sleutels van Downing Street 10 ophalen bij de conciërge. Hij moest daarvoor “in het landsbelang” wel akkoord gaan met de eis van de Liberaal-democraten om het kiesstelsel te moderniseren. Cameron is de zoon van een rijke beurshandelaar en MP (Member of Parlement) voor Witney een plaatsje net als Abingdon onder de rook van Oxford. De keus van het Britse electoraat voor de Tory-leider heeft me wel enigszins verbaasd. Ik denk dat het minder met zijn kwaliteiten, maar meer met de afkeer die de Britten recentelijk ontwikkelde voor zijn opponent Gordon Brown te maken heeft. De bonnetjesaffaire maakte mij duidelijk dat de conservatieven nog steeds een elitepartij zijn. Het waren de conservatie parlementleden die het onderhoud van tennisbanen en grachten om hun kastelen declareerden. (Klik voor de overigens nette declaraties van Cameron hier) De Britse staatsschuld is opgelopen tot het nauwelijks voor te stellen bedrag van 890 miljard pond. Dat betekent, vrees ik, bezuinigingen op zijn Grieks.

Een grasdak is spannend


Op het grasdak van de universiteitsbibliotheek.Delft - De bibliotheek van de TU Delft op de campus in de Wippolder is ontworpen door het Delftse architectenbureau Mecanoo. Dat is het zelfde bureau dat ook het nieuwe stadskantoor en de stationshal van Delft hebben ontworpen. De bibliotheek kenmerkt zich door een schuin aflopend grasdak. Vorige zomer is het dak van het gebouw dat er sinds 1997 staat flink onder handen genomen. Het grasdak bleek niet helemaal waterdicht te zijn. Al vrij snel na de oplevering kampte het gebouw met lekkages. Het maken van grasdaken op een hellend dak bleek niet zo makkelijk. Vooral het verkeerde gebruik van het dak, bijvoorbeeld door er in de winter vanaf te skiën en sleeën en daarbij prikstokken te gebruiken, bleek funest. Overigens is de bibliotheekcollectie door de lekkages niet beschadigd. Nu ligt er een grasmat op het dak waarop ze in de ArenA jaloers zouden zijn. Er kan weer volop gewandeld worden op de grashelling. Dat deden we afgelopen maandag na afloop van ons bezoek aan de Giro d’Italia. Benthe, Sietske en Karsten vonden het reuze spannend om op het grasdak te lopen. Ze renden en duikelden dat het een lieve lust was. Getuigen het filmpje van Sietske en die van Karsten.


Vanaf het groene dak heb je ook een fraai uitzicht op Delft. We hebben er even in het zonnetje gezeten terwijl de kinderen aan het rennen en buitelen waren.

dinsdag 11 mei 2010

Giro raast door Delft

Delft – Gistermorgen stond we ruim een uur voor doorkomst van het wielerpeloton van de Giro d’Italia reeds langs de kant van de weg op de rotonde bij de Nassaulaan. De 224 kilometer lange rit startte om elf uur in Amsterdam en reed op weg naar de finish in Middelburg na Pijnacker-Nootdorp ook door Delft. Na een kopgroepje van drie man – waaronder Raborenner Tom Stamsnijder - raasde zes minuten later het complete peloton door de Prinsenstad. Dat moet je overigens niet te letterlijk nemen. De doorkomst van kopgroep en later peloton door Delft duurde ongeveer 30 seconden.

Aanvankelijk was er nog plek zat langs de route.

Het was aanvankelijk wel de bedoeling dat de Giro d’Italia door het centrum van de stad zou gaan, maar de organisatie besloot al in februari in overleg met de gemeente Middelburg om dat niet te doen. De reden hiervoor is dat tussen de besturen van de gemeenten Middelburg en Den Haag geen overeenstemming kon worden bereikt over de voorwaarden waaronder de derde etappe van de beroemde Italiaanse wielerronde door Den Haag zou toeren. De gemeente Middelburg, die de route voor de Giro d’Italia in Nederland organiseert, en de wielerorganisatie moesten toen een alternatieve route bedenken. Daarin was nog slechts minimaal ruimte voor Delft.


Via de Delftsestraatweg arriveerden de renners op de rotonde en van daar ging het via de Rijksstraatweg weer verder op weg naar Zeeland. Omdat we ruim op tijd waren vonden we riant plekje langs de rotonde. Toen later ook het zonnetje nog doorbrak werd het zelfs nog behaaglijk langs het parcours.

maandag 10 mei 2010

Drankje aan zee

Scheveningen – Vanaf 15 mei mogen honden niet meer op het strand in Scheveningen. De komende maanden is het strand exclusief voor de baders. We waren gisteren dus precies op tijd om een stevige zondagse wandeling langs het strand te maken met Jordi. Na het moederdagontbijt en het overhandigen van de moederdagpresentjes togen we – Corien, Saskia, Bob, Benthe, Sietske, Karsten, Jordi en ik – richting strand om eens lekker uit te waaien.

Aan het Scheveingse strand.

Het was niet druk, maar er waren wel opvallend veel hondenbezitters naar het strand gekomen. Iedereen wilde op deze laatste zondag voor het hondloze strandseizoen nog even genieten van het strand en de zee. Het was voor Jordi de eerste keer dat het zee en zand zag. Het vond het erg spannend. Na een paar stevige sprintjes in de richting van de zee en weer terug naar Saskia, begon hij de rest te verkennen. Hij holde gezellig een stukje mee met een jogger, blafte in het voorbijgaan naar andere honden en probeerde aan de branding te ruiken.

Zilte ontmoeting.

De wandeling vanaf de haven naar de pier legde hij heel enthousiast wel drie keer af. Eenmaal in het restaurant waar wij onze broodjes aten, was Jordi wel blij dat hij een heerlijk bak koel helder water kreeg. Zijn eerste drankje aan zee.

zondag 9 mei 2010

The Boat That Rocked


Delft – Voor mijn radioprogramma UitgeDOKterd krijg ik wekelijks nieuwe boeken en nieuwe platenalbums aangeleverd. Daar zat deze week de soundtrack bij van de film ‘The Boat That Rocked’. Na het beluisteren van het dubbelalbum heb ik besloten dat ik de film zeker ook wil zien. Hij is gemaakt door Richard Curtis, de man die eerder al de succesvolle films ‘Love Actually’ en ‘Four Weddings and a Funeral’ maakte.


Ik heb nog geen beeldje gezien van de film, maar de cd vol erg goede muziek maakt me nieuwsgierig. Er staan nieuwe speciaal voor de film geproduceerde liedjes, maar ook klassiekers van David Bowie, The Kinks, Jimi Hendrix en Procol Harum op. De cast van de film met onder andere Philip Seymour Hoffman, Bill Nighy en Emma Thompson ziet er ook veelbelovend uit. In de jaren zestig luisterde 25 miljoen Britten – meer dan de helft van alle inwoners van het eiland – dagelijks naar de piratenzender. Als de film net zo divers is als het cd’tje dan belooft dat heel wat.

zaterdag 8 mei 2010

Dagradi maakt Rangoli


Delft – Het werk van de in Delft wonende 55-jarige Amerikaanse kunstenaar Chris Dagradi kenmerkt zich door sterke lijnen en kleuren. Hij maakt vooral keramiek. Corien & ik kennen de kunstenaar van zijn exposities in onder andere museum Het Prinsenhof. Zijn verbondenheid met Delft en Delfts blauw komt niet alleen terug in zijn werk. Op kunstzinnige wijze laat Dagradi keer op keer van zich horen in de Prinsenstad. Zijn opmerkelijke werk op een façade van een slooppand aan de Van Leeuwenhoeksingel is inmiddels verdwenen. Maar gelukkig hebben we de foto’s nog. Dagradi zit er kennelijk niet mee dat de houdbaarheidsdatum van dergelijke kunstwerken beperkt is.


Corien in gesprek met Chris Dagradi.

Dat toonde hij onlangs ook op Koninginnedag. In een hoek van het Agathaplein inspireerde hij bezoekers om een Rangoli te maken. Dat is een figuur van sierlijke geometrische patronen gemaakt met een op de grond gestrooid mengsel van poederpigmenten en zand. Een Rangoli wordt gebruikt bij Hindi feestdagen in India. De Rangoli trekt geluk aan en weert het kwaad af. Dat is iets wat we op Koninginnedag wel kunnen gebruiken tegenwoordig. Het doet ook wel een beetje denken aan de patronen van zand die vroeger in Hollandse boerderijen op de schoongeschrobde plavuizen van de kamer werden gemaakt. Chris legde ons uit dat dit soort kunstwerken over de hele wereld voorkomen in uiteenlopende culturen.


De Rangoli an Koninginnedag.

Op de grond schilderen met gekleurd zand komt voor in zowel Australië, Afrika als Zuid-Amerika. “De Navaho indianen maakten schilderijen van zand als onderdeel van een ceremonie voor genezing”, gaf Dagradi als voorbeeld. “Ik wil deze traditie eer aan doen en nieuw leven inblazen. Daarom maken we op koninginnedag een reusachtig zandtapijt. Iedereen mag een stuk aanleggen en zo aansluiten op de creatie van een ander“, vervolgde hij. Toen wij er aan het begin van de middag waren, lag er al een aardig zandtapijtje. Vooral kinderen vonden het erg leuk en sommige waren uren bezig met het vervaardigen van het kunstwerk.

vrijdag 7 mei 2010

Mooi

Veldhoven – Het eigen tuintje van de kleinkinderen uit Veldhoven ligt aan de voorkant van het huis. Aan de zijkant kregen ze een stukje grond toegewezen waar ze zelf allerlei stekjes mochten poten en zaadjes hebben uitgezaaid. Bij thuiskomst uit Delft en Pijnacker waren de vier kinderen reuze benieuwd naar de vorderingen van hun zaai- en pootgoed. De regen had bijgedragen aan een voorspoedige groei. De aardbeienplantjes krijgen reeds bloempjes en de krulsla begint voorzichtig al wat te krullen.
Dieuwertje, Abel en Nienke bij hun tuintje.

De drie meisjes leggen me uit wat er allemaal staat en wat zij er van verwachten. Slechts Abel gelooft het wel. Hij is druk met andere belangrijke zaken. Pas als zijn moeder zegt dat opa een foto gaat maken, beent hij naar voren en kiest positie tussen zijn zussen. De tuin is leuk, maar een fotokans laat hij niet glippen. Zodra de plaatjes zijn geschoten, stormt hij op mij af. “Kijken”, instrueert hij. Het plezier van een foto zit voor kinderen vooral in het moment na de opname. Het resultaat is immers meteen zichtbaar. Abel bekijkt het plaatje op de achterzijde van het fototoestel en is tevreden. “Mooi”, concludeert hij.

donderdag 6 mei 2010

Beproefd recept

Delft - Met de pen in de hand en een maagdelijk boodschappenlijstje daarnaast zeg ik: “Wat zullen we vanavond eten? Jullie mogen het zeggen”.
“Geen pannenkoeken”, antwoord Dieuwertje onmiddellijk, “daar krijg ik buikpijn van”.
Ingrediënten voor pannenkoeken zullen het lijstje dus niet halen. Het antwoord ligt overigens verder niet direct voor de hand. De beide meisjes kijken peinzend voor zich uit.
“Patatjes met kroketten en appelmoes”, suggereer ik. Ik verwacht dat dit een favoriet is, want het staat in elk restaurant in een of andere variant op het kindermenu. Maar het blijkt achterhaalt. De kleinkinderen weten het nu en roepen: “Plaatpizza”.
Ik grijp de pen en vraag: “Wat moeten we daar voor kopen?”
“Tomaatjes en uien”
, weet Emma.
“Courgettes en prei”, vult Dieuwertje aan
Ik schrijf het op mijn boodschappenlijst.
”En een pak pizzadeeg”, suggereer ik zelf. De kinderen knikken en vullen verder aan: “Mozzarella, paprika, champignons en kipreepjes”. Uit de rappe opsomming vermoed ik dat zij vaker betrokken zijn bij het vaardigen van een plaatpizza. Gehoorzaam vul ik de boodschappenlijst met de opgegeven items aan. Ik veroorloof mij de vrijheid om basilicum en oregano aan het lijstje toe te voegen.
Dieuwertje en Emma vullen de pizzabodem.

“En wij gaan helpen”, kondigen ze aan. Ik begrijp van hen dat van mij wordt verwacht dat ik de ‘mise en place’ verzorg. Zij zullen de pizzabodem, als hij eenmaal de plaat vult, decoreren. Zo gebeurt het. Aan tafel kiezen zij in de volgens hen juiste volgorde de groenten en het vlees en stapelen de pizza vol. Het levert een pizza op die zo ruimhartig is gevuld dat hij royaal extra tijd nodig heeft in de oven om gaar te worden. Maar het komt helemaal goed. Het recept blijkt beproefd. De pizza is verrukkelijk.

woensdag 5 mei 2010

Reuze spannend en grote pret

Delft – Op dinsdag zijn we beide aan het werk. Corien in het museum en ik in de studio van Stadsradio Delft. Dat weten de kleinkinderen inmiddels ook allemaal. Dat betekent dat ze meegaan naar de radio als ze in Delft logeren. Dat vinden ze niet erg. Sterker nog dat vinden ze vreselijk leuk.
Samen voor de presentatiemicrofoon.

Dieuwertje was al eerder in de studio, maar voor Emma was het de eerste keer. De beide meisjes maakten kennis met verslaggevers en programmamakers. Ze kregen een rondleiding door de studio’s, deden spelletjes aan de computer en spraken ook twee jingles in. Dat was natuurlijk grote pret. Vooral het inspreken van de jingles vonden ze reuze spannend.
Reuze spannend en grote pret.

Toen ze later om vijf uur de uitzending hoorden waarin de jingles zaten glommen ze van trots. Aanstaande zaterdag komen ze tussen twaalf en één uur nog een keer langs. Je kunt er niet alleen via de ether en de kabel naar luisteren. De bijdrage van de beide kleindochters is ook via internet te beluisteren.

dinsdag 4 mei 2010

Een tip van Nienke

Delft – Gistermorgen belde Nienke om even te babbelen met haar zussen. Ze vertelde o.a. dat ze zondagmiddag met opa Joop naar de bioscoop was geweest om de film ‘Wickie de Viking’ te zien. Ze vond het een hele leuke film. Dat was een goede suggestie voor de maandag. De bioscoopfilm leek ook ons een ideaal alternatief voor een regenachtige dag. Daarom togen ook Corien & ik gistermiddag met Dieuwertje en Emma naar de bios om deze film te zien.
Emma, Corien, Wickie en Dieuwertje in Mustsee.

De stemmen in film zijn in het Nederlands nagesynchroniseerd. Daarom is deze verfilming van de tv-serie uit de jaren zeventig ideaal voor kinderen die nog niet zo rap zijn met de ondertiteling. Wij dachten dat het net als in de tv-serie om een animatiefilm ging, maar werden verrast door heuse live-action. ‘Wie niet sterk is moet slim zijn’ blijkt nog wel het levensmotto van de tienjarige Vikingjongen Wickie.

Ook voor volwassen zijn er leuke momenten. Zo loopt er een journalist rond (Paul Haenen met zijn dominee Gremdaatstem) die informeert naar de laatste kwartaalcijfers over de plunderingen en belandt een Chinese vrouw als verstekeling op het Vikingenschip, nadat het schip van het Chinese Staatscircus door piraten werd gekaapt. Voor volwassen is ‘Wickie de Viking’ een mengeling van Asterix en Obelix en Pippi Langkous met een vleugje Monty Python. Dieuwertje en Emma vonden de film wel spannend, maar niet eng. Ze waren wel blij met de tip van Nienke.

maandag 3 mei 2010

Creatief ochtendje

Delft – Soms zit het mee en soms zit het tegen. Dat gevoel zullen ze bij Ajax zeker herkennen. Het beste wat je kunt doen als het een beetje tegen zit, is je plannen aanpassen. Dat deden wij gisteren ook. Onze plannen voor buitenactiviteiten werden door het weer danig in de was geschopt. Het regende al enige tijd toen we aan het ontbijt zaten en daarin kwam gedurende de dag geen verandering.
Een creatief ochtendje.

Daarom kwamen ’s morgens de kwasten, de tubes acrylverf, de canvaspanelen en andere benodigdheden te voorschijn die nodig zijn voor een creatief ochtendje. Samen met Dieuwertje en Emma zette ik mij aan de tafel om een schilderwerkje te vervaardigen. Met potlood maakten we eerst een schetsje op het canvas en veranderde dat in een kleurrijk kunstwerkje. Nu nog drogen en een haakje eraan. Dan kunnen de logees het later mee naar huis nemen.

zondag 2 mei 2010

Naar de Patentparade

Op de tentoonstelling in DOK.Delft – In DOK, de openbare mediatheek in Delft, is onlangs de Patentparade van start gegaan. Het is een reizende tentoonstelling [filmpje] die door de mediatheek samen met het Nederlands Octrooicentrum is georganiseerd ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de Rijksoctrooiwet. Er zijn zeventig Nederlandse uitvindingen tentoongesteld. Het zijn grote en kleine zaken. Het is dus logisch dat we met Dieuwertje en Emma, die in Delft logeren, een kijkje namen. Hun papa is als octrooigemachtigde immers dagelijks met uitvindingen bezig. De meisjes waren opgetogen over al de spullen die ze zagen. Zo zagen we o.a. een ergonomische computermuis, de cd, de kunststof kettingkast, het onzichtbare gehoorapparaat, de sportbeha, de Senz paraplu, kunstgras en de Ambilight tv. Alles werd gedemonstreerd en uitgelegd. De meisjes vonden sommige uitvindingen erg ingewikkeld en technisch, maar dat gold niet voor alles. Met sommige uitvindingen kun je ook leuk spelen, ontdekten ze met de vacu vin. Dieuwertje en Emma zagen ook twee beschuitjes liggen. Kan een uitvinding ook zo simpel zijn? De beschuitjes hebben een inkeping die het makkelijker maakt om een beschuit uit het pak te halen. Een uitvinding van Theo Tempels uit 1998. We kennen die pakken met beschuiten inmiddels uit de supermarkt. Op de tentoonstelling ontdekten we dat er nog veel moet gebeuren voordat een idee ook werkelijk geld gaat opleveren voor de uitvinder. Tempels ging in 2000 met zijn vinding langs de beschuitfabrikanten. Twee jaar later was het zover en bracht Bolletje de beschuit met inkeping op de markt. Nu kon Theo Tempels aan zijn octrooi gaan verdienen.
De inkeepbeschuit is een uitvinding van Theo Tempels.

Helaas dat ging niet door. In plaats daarvan sleepte Bolletje hem zelfs voor de rechter. De beschuitbakker eiste voor de rechter dat Tempels zou stoppen met praten over ‘zijn’ uitvinding in de media. Ze eisten ook dat Tempels geen actie zou ondernemen tegen supermarkten die de inkepingbeschuit verkochten. Dat alles op straffe van een boete van €100.000. Eind 2002 deed de rechtbank uitspraak en stelde uitvinder Theo Tempels in alles in het gelijk. Het octrooi van Tempels gaat nog verder dan beschuiten. Het octrooi maakt het mogelijk om strakverpakte producten makkelijker en zonder breuk uit de verpakking te halen. Het gaat dus niet alleen om beschuit, maar om alle strak verpakte gebakken producten.

zaterdag 1 mei 2010

Paul Gauguin op Koninginnedag

In een kraam op de Voldersgracht.Delft – Op Koninginnedag slenterden Corien & ik over de vrijmarkt van Delft. Langs de grachten en op de pleinen in de binnenstad zaten handelaars in kramen en kinderen achter matjes en kleden vol met spullen. Ik zag veel knuffels. Toen wij er lang kwamen begon de koopwaar net weer een beetje op te drogen. In een van de kramen op de Voldersgracht viel mijn oog op een schilderij. Het was een kopie van het bekende schilderij van Paul Gauguin ‘Fatata te miti’. De Fransman schilderde het in 1892. Het originele olieverfschilderij hangt in The National Gallery of Art in Washington. De ‘Fatata te miti’ in de Delftse kraam was geverfd op een paneel. De handelaar toonde op mijn verzoek de achterkant van het schilderij. Op het houtwerk zat een papiertje geplakt. Daaruit bleek dat deze kopie uit Odense in Denemarken kwam. Het dateerde volgens de tekst uit 1893. Dat trok natuurlijk mijn aandacht, want het origineel dateert uit 1892. Deze kopie was dus een jaar jonger. Het is bekend dat de postimpressionistische Franse schilder iets had met Denemarken. Hij was in 1873 getrouwd met de Deense Mette Sophie Gad. Ze kregen samen vijf kinderen. Aanvankelijk was Gauguin een succesvol beursmakelaar en kunstverzamelaar. Schilderen deed hij slechts als hobby. Toen in 1882 de beurs instortte, raakte Gauguin zijn baan kwijt. Hij vertrok met zijn gezin naar Kopenhagen om in het geboorteland van zijn vrouw een nieuw bestaan op te bouwen. Dat werd geen succes en Gauguin besloot een bestaan op te bouwen als kunstschilder. Ik zal je zijn levensverhaal verder besparen, maar voor dit verhaal is belangrijk te vermelden dat hij op initiatief van kunsthandelaar Theo van Gogh in Arles een tijdje optrok met de Nederlandse kunstschilder Vincent van Gogh.

De kopie komt mogelijk uit Denemarken.

Broer Theo dacht dat ze van elkaar zouden kunnen leren. Dat was een ongelukkige periode. Maar in 1893 – het jaar waarin de kopie werd geschilderd – lukte het kunstliefhebbers om in het stadsmuseum van Odense in Denemarken een tentoonstelling te organiseren met werken van Paul Gauguin en Vincent van Gogh. Gauguin had toen al een tijdje op Tahiti gezeten waar hij o.a. dit schilderij maakte. Het was in die tijd gebruikelijk dat musea voor een tentoonstelling kopieën lieten maken. Ze gebruikten die als reclameposter voor de tentoonstelling. Dat zal ook wel in Odense zijn gebeurd met werken van de beide schilders. Ik vermoed dat dit exemplaar in de Delftse kraam zo reclamebord is geweest.

Ik heb het toch maar achtergelaten.

De tentoonstelling werd overigens geen succes en Gauguin vertrok definitief naar Frans-Polynesië. Hij ligt daar begraven op het kerkhof van Atuona op de een van de Marquesaseilanden. Voor mensen die geïnteresseerd zijn in de geschiedenis van marketing of posters verzamelen zou het een leuke aankoop zijn geweest. De handelaar vroeg er aanvankelijk 90 euro voor, maar ik mocht hem meenemen voor 50. Omdat het Koninginnedag was, zei hij. Ik heb het toch maar in het kraampje achtergelaten. Maar het verhaal wilde ik je niet onthouden.